Zaterdag keurde de Vlaamse Regering het ontwerpdecreet over de onderwijsdoelen voor de tweede en derde graad secundair onderwijs goed. Dat bevat een aantal aanpassingen die er kwamen na het Advies van de Raad van State en na overleg tussen de minister en de onderwijsverstrekkers. Zo moeten de transversale eindtermen niet langer aangeleerd worden in meerdere vakken. Er komt ook meer ruimte om de basisvorming te integreren in de praktijkcomponent en dat is belangrijk voor BSO-, TSO- en KSO-richtingen. En ten slotte zullen richtingen met een arbeidsmarktgerichte finaliteit niet twee talen (Frans én Engels), maar één taal kunnen geven wat hen iets meer ruimte geeft voor de praktijkvakken.
Niemand twijfelt eraan dat het noodzakelijk is om de eindtermen te vernieuwen in een snel evoluerende maatschappij; over de nieuwe inhouden bestaat dan ook over het algemeen eensgezindheid, maar de discussies gingen vooral over de haalbaarheid.
Patriek Delbaere, algemeen directeur OVSG: “Deze goedkeuring komt tegemoet aan een aantal van onze bedenkingen. We willen vooral dat de modernisering van het secundair onderwijs opnieuw vaart krijgt en niet stilvalt. Leerlingen die nu in een tweede jaar van een gemoderniseerd secundair zitten, moeten in hun derde jaar kunnen voortdoen in een gemoderniseerd secundair. In de uitrol moeten we dus voorrang geven aan de tweede graad.”
“Het is positief dat een praktijkcommissie van leraren de eindtermen kan evalueren na 1 schooljaar en zo nodig bijsturen. Toch blijft de tijd die scholen nu krijgen om alles te verwerken tegen 1 september bijzonder kort. OVSG vraagt al langer dat een belangrijke onderwijshervorming gepaard zou gaan met een implementatieplan dat voldoende tijd geeft aan scholen om zich te informeren, te organiseren en te professionaliseren. Wij pleiten daarom ook nu voor solide overgangsmaatregelen.”