29/10/2020

Master basisonderwijs versterkt het hele schoolteam

OVSG pleit voor de invoering van een master basisonderwijs, permanente professionalisering en een instapprogrogramma voor beginnende leraars. Op een hoorzitting in het Vlaams Parlement worden deze voorstellen gepresenteerd aan de Vlaamse parlementsleden in de commissie Onderwijs. 

Het beroep van leraar staat onder druk. De werkdruk en jobonzekerheid maken de keuze voor de opleiding steeds minder aantrekkelijk. Bovendien haakt 1 op de 7 startende leraren af. De analyses zijn gemaakt en de pijnpunten zijn gekend. Hoog tijd om hier verandering in te brengen.

Masters en permanente professionalisering 

Na de bestaande professionele bachelor lager onderwijs wil OVSG leraren de mogelijkheid bieden om wetenschappelijke competenties te verwerven door een tweejarige masteropleiding. Deze opleiding moet ook via afstandsleren mogelijk zijn, om de combinatie met lesgeven haalbaar te maken. Er moet in de lerarenloopbaan ook ruimte komen voor permanente professionalisering met credits die kunnen leiden tot extra vergoeding en/​of functiedifferentiatie. 

Patriek Delbaere, algemeen directeur OVSG: Met masters en permanente professionalisering versterken we het basisonderwijs met inhoudelijke competenties zoals datageletterdheid en zetten we in op professionalisering van leerkrachten die al aan de slag zijn. Een master is complementair aan de professionele bachelors en dat versterkt het hele schoolteam. We moeten hun wetenschappelijke expertise zo veel mogelijk inzetten, op klasniveau en op schoolniveau. Masters kunnen naast hun rol als leraar van hun schoolleider een formeel mandaat krijgen om bepaalde klasoverstijgende taken op te nemen of processen te leiden die aansluiten bij hun expertise. Ook een differentiatie in loon is noodzakelijk. Een masteropleiding kan ten slotte bijdragen aan het verbeteren van de status van het lerarenberoep.” 

Geef startende leraar ruimte 

De overstap van de lerarenopleiding naar de praktijk, verloopt nog steeds moeilijk en verklaart ook een stuk van de uitval. De praktijkcomponent zou vanaf het begin van de lerarenopleiding veel sterker aanwezig moeten zijn: meer uren in de klas en in de school tijdens de opleiding. Daarnaast stelt OVSG voor om het takenpakket van de starter te herbekijken en een instapprogramma in te voeren. 

Patriek Delbaere, algemeen directeur OVSG: Een starter heeft al heel wat vaardigheden verworven, maar botst op de werkvloer vaak tegen enkele zaken aan waar hij of zij niet op is voorbereid zoals klassenraden, oudercontacten en schoolgebonden werkgroepen. Bovendien steekt een starter ook meer tijd in het voorbereiden van lessen. Daarom pleiten wij ervoor om in een voltijds takenpakket naast de lesopdracht ook tijd te voorzien voor training on the job’. Zo geven we de startende leraar meer ruimte en vermijden we dat hij of zij afhaakt.”