Minister Zuhal Demir stelt een actieplan Goed gedragen voor. OVSG vraagt vertrouwen in scholen om zelf hun beleid rond gedrag en klasmanagement vorm te geven, zonder nieuwe structuren die hun autonomie beperken. “Scholen beschikken over de expertise om een beleid voor gedrag en klasmanagement uit te bouwen dat past bij hun context”, zegt algemeen directeur Walentina Cools. “Ze hebben nood aan vertrouwen en ruimte, niet aan bijkomende structuren die hun autonomie beperken.”
OVSG vraagt vertrouwen in scholen om zelf hun beleid rond gedrag en klasmanagement vorm te geven, zonder nieuwe structuren die hun autonomie beperken.“Scholen beschikken over de expertise om een beleid voor gedrag en klasmanagement uit te bouwen dat past bij hun context”, zegt Walentina Cools, algemeen directeur van OVSG. “Ze hebben nood aan vertrouwen en ruimte, niet aan bijkomende structuren die hun autonomie beperken.” Werken aan klasmanagement sluit overigens aan bij de minimumdoelen over leerondersteunende vaardigheden.
Het plan besteedt ook aandacht aan het verminderen van schooluitval en het in kaart brengen van de oorzaken van uitsluiting. Dat is een belangrijk thema, waar OVSG al langer aandacht voor vraagt. In een grootstedelijke context is dit nog urgenter. Als de oorzaken van schooluitval duidelijker worden, kunnen we hiervoor een gericht beleid voeren.
Om schooluitval tegen te gaan, pleiten we ervoor om volop in te zetten op brugfiguren die verbonden zijn aan de sociale dienst van de gemeente. We vragen om hier structurele middelen voor te voorzien omdat in de praktijk blijkt dat dit werkt.
“Brugfiguren spelen een cruciale rol in het aan boord houden van leerlingen,” aldus Walentina Cools. “Ze bouwen bruggen tussen school, gezin en buurt en dragen zo bij aan gelijke onderwijskansen. Ze ontlasten leerkrachten, zodat die zich kunnen focussen op het lesgeven”
Tegelijk plaatst OVSG vraagtekens bij de voorgestelde werking met zogenaamde fast teams die de werking van een hele school tijdelijk zouden overnemen. “De vraag is of dat zijn doel zal bereiken, dit is geen duurzame oplossing”, stelt Walentina Cools. “Geef onze pedagogische begeleidingsdienst de nodige ruimte om scholen met hoge noden intensief te begeleiden. Dit werkt en het is een duurzame oplossing. Het is bovendien onze decretale kernopdracht.”
“De manier waarop een school georganiseerd wordt, valt onder de eindverantwoordelijkheid van het schoolbestuur en de directeur. Geef hen meer armslag om een sterk en flexibel HR-beleid te voeren, zodat ze dit op een kwaliteitsvolle manier kunnen doen.”
OVSG waarschuwt verder voor een verschuiving van verantwoordelijkheden die de vertrouwensrelaties binnen scholen kan schaden. “We kunnen niet verwachten dat directies de rol van politieagent opnemen. Dat druist in tegen de vertrouwensband die zij opbouwen met hun team, leerlingen en ouders”, klinkt het.
Tot slot vraagt OVSG om de opdrachten van de verschillende actoren helder te houden en om geen bijkomende actoren te introduceren.
“Een sterk schoolbeleid vraagt vertrouwen, duidelijke rollen en duurzame ondersteuning. Het werkt beter wanneer scholen kunnen samenwerken met een vertrouwde ondersteunende dienst dan met veel verschillende of nieuwe actoren”, besluit Walentina Cools.